Schatkist voor de wijkverpleegkundige

Delftse zorgorganisatie oefent met ‘digitale kluis’

De beste ideeën zijn vaak de simpelste. Wally Keijzer bedacht de digitale kluis: een plek waar cliënten al hun relevante sociale- en zorggegevens opslaan. Zorgorganisatie Pieter van Foreest oefent ermee; de cliënt houdt de sleutel in handen.

Als hoofdredacteur van technische vakbladen waren termen als ‘smart homes’ en ‘smart living’ al jaren gesneden koek voor Wally Keijzer. En als klankbord van haar mans installatiebedrijf in Den Hoorn (bij Delft) zag ze tegelijkertijd dat de vereenzaming in de samenleving toenam: ‘Vroeger kwam er nog wel eens een maatschappelijk werker achter de voordeur,’ vertelt Keijzer, ‘maar dat is wegbezuinigd. Soms bellen onze mensen aan vanwege een lekkende kraan, maar blijken de klanten ook behoefte te hebben aan een praatje. Dat zette me aan het denken.’

Keijzer kwam op het idee om een digitale wegwijzer te ontwikkelen op het gebied van wonen, zorg en welzijn: Zo-Dichtbij. Anders gezegd: een platform dat mensen kan helpen zo lang mogelijk zelfstandig en comfortabel in hun vertrouwde omgeving te blijven wonen. Het programma Active & Assisted Livingondersteunde bij de ontwikkeling van Zo-Dichtbij.

vrouw houdt tablet vast
Foto: Nicky Simmons

Mooi instrument

Een belangrijk onderdeel van het platform is de digitale kluis: een concreet hulpmiddel dat de klant de regie geeft over alle relevante sociale- en zorggegevens. De kluis is een app op je computer waarin je alle gegevens over jezelf kunt noteren die relevant zijn voor hulpverleners. En jij bent degene die bepaalt met wie je welke informatie deelt. ‘Zo voorkom je dat mensen hetzelfde verhaal elke keer weer opnieuw aan een hulpverlener moeten vertellen,’ zegt Wally Keijzer.

Daar had Ad Blom wel oren naar, naar zo’n innovatie. Hij is programmamanager Innovatie en Expertise bij zorginstelling Pieter van Foreest, vernoemd naar de Delftse lijfarts van Willem van Oranje. Van Foreest behandelde financieel minder bedeelde Delftenaren gratis.

Blom ziet in de digitale kluis een mooi instrument om wijkverpleegkundigen en casemanagers te ondersteunen. Pieter van Foreest en Wally Keijzer sloegen de handen ineen en deden voor de implementatie een aanvraag bij de Stimuleringsregeling E-health Thuis (SET). Nu zijn ze druk bezig om de digitale kluis in de praktijk in te zetten. Eind dit jaar moeten vijfhonderd intakes hebben plaatsgevonden bij cliënten van Pieter van Foreest op basis van de gegevens die ze zelf hebben ingevoerd in hun digitale privékluis.

Ken je cliënt

Waarom is Ad Blom zo enthousiast over Wally Keijzers uitvinding? Hij vertelt hoe het nu in de praktijk gaat. Wijkverpleegkundigen komen bij een cliënt voor een medische handeling, zoals een speciale prik. Vaak is dat in een paar minuten gebeurd. Eigenlijk, zegt Blom, is het overdreven dat daar een intake van een uur aan voorafgaat. ‘Voor de meeste cliënten is dat te lang en te vermoeiend.’ Dankzij het digitale kluisje kunnen cliënten zelf een vragenlijst invullen, eventueel ondersteund door familie. ‘Dat is voor hen veel fijner.’

‘De gegevens in de digitale kluis helpen om de cliënt te leren kennen. Dan is maatwerk makkelijker te leveren.’

Daar komt nog iets bij: de digitale kluis sluit perfect aan bij het adagium van Pieter van Foreest: ken je cliënt. Ad Blom: ‘De gegevens in de digitale kluis helpen om de cliënt te leren kennen. Dan is maatwerk makkelijker te leveren. Ik hoop dus dat de digitale kluis een kwalitatieve meerwaarde biedt, omdat het een beter beeld geeft van iemands wensen, verwachtingen, levensstijl, netwerk, wat hij of zij wel en vooral niet prettig vindt. En ik hoop dat onze mensen efficiënter kunnen werken. Want als je je ingelezen hebt, kom je op een andere manier binnen bij een cliënt.’

Om vier uur op

Ad Blom noemt enkele voorbeelden van informatie waar je als zorgprofessional echt wat aan hebt. ‘Stel dat een cliënt een voormalige tuinder is – we zitten hier tenslotte in het Westland. Die persoon is misschien wel gewend om om 04.00 uur op te staan en om 19.00 uur ’s avonds naar bed te gaan. Dan moet je niet om 20.00 uur aanbellen. Of als een cliënt een partner heeft verloren, dan kun je daar rekening mee houden en vraag je niet of iemand getrouwd is geweest. Of neem het thema intimiteit, waarvan vaak wordt gedacht dat het op hogere leeftijd geen issue meer is. Het kan juist heel nuttig zijn om te weten of iemand van knuffelen houdt. Daar kun je dan de partner of het netwerk bij betrekken. Dat is typisch iets wat je niet makkelijk vraagt, maar wat je dankzij het digitale kluisje niet meer overslaat. Je kunt maatwerk leveren.’

Leerpunt

Dat Ad Blom enthousiast is over de mogelijkheden van het digitale kluisje, betekent niet dat het koste wat kost een succes moet worden. ‘Zelf geloof ik in dit concept. Maar we mogen ook falen. Dan hebben we er nog steeds heel veel van geleerd.’ Een belangrijk leerpunt tot nu toe is dat het digitale kluisje alleen omarmd zal worden als het de tijd krijgt. ‘In mijn eigen enthousiasme ben ik geneigd te denken dat elke zorgprofessional zal vallen voor dit concept. Maar er zijn ook medewerkers die zeggen: “Eerst zien, dan geloven.” Die eerst de ervaringen willen afwachten. Die zeggen: “O jee, wéér een registratiesysteem!” We roepen dus niet dat iedereen moet meedoen, want dan zetten sommigen de hakken in het zand. In plaats daarvan zoeken we ambassadeurs die het leuk vinden om zo’n innovatie te ontdekken. Juist zij zijn vaak ook kritisch over hoe het beter kan. We doen het dus gefaseerd, halen eerst de kinderziektes eruit.’

Mooie toekomst

Het digitale kluisje lijkt een mooie toekomst tegemoet te gaan. Wally Keijzer verklapt dat inmiddels verschillende gemeenten ermee experimenteren. Ook wordt het kluisje klaargemaakt om veilig je eigen medische gegevens in op te slaan. Zo ontwikkelen ze een handig digitaal overzicht voor mensen in een persoonlijke gezondheidsomgeving.

Keijzer laat zich niet meeslepen door het succes. ‘De uitdaging voor mijzelf is om trouw te blijven aan het motto “de regie bij de cliënt”. Commerciële partijen zouden dit het liefst zelf willen aanbieden aan cliënten. Maar dat is de omgekeerde wereld. Het gaat erom dat de cliënt de sleutel in handen heeft en houdt. Hij of zij bepaalt wie welke info krijgt: de wijkverpleegkundige, de casemanager, de behandelaar eerste lijn, het team van de intramurale instelling? Die regie plus de veiligheid van het kluisje zijn voor mij de succesfactoren.’

Wil je meer weten over de mogelijkheden van de digitale kluis? Neem dan contact op met Wally Keijzer.

© ZonMw 2020

Tekst Stan Verhaag Fotografie Nicky Simmons

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.